Appeltaartjes met 150 gram magere kwark die altijd perfect lukken.

Meng eerst de kwark met melk, olie, suiker en zout tot een glad mengsel.

Meng vervolgens de bloem met het bakpoeder en zeef dit door het mengsel.

Kneed nu een minuut met een deeghaak. Vorm er snel een bal van en laat afkoelen.
Schil de appels, snijd ze in vieren, verwijder het klokhuis en snijd ze in blokjes.

Breng het vervolgens aan de kook in een pan met suiker, citroensap en vanillesuiker.

Rol het deeg uit en snijd het in vierkanten van 10 x 10 cm.

Plaats 1 eetlepel vulling in het midden van elke cirkel deeg, vouw de punten van het deeg naar elkaar toe en druk stevig aan.

Bak het nu in de oven op 180 graden Celsius (boven- en onderwarmte) gedurende 15-20 minuten, tot het goudbruin is.

Serveer de appeltaartjes eventueel met kristalsuiker of citroenglazuur.

Eet smakelijk